Waterpolo is een van de zwaarste sporten ter wereld. De sport vereist mentale en fysieke kracht, techniek, sprint- en duurvermogen en inzicht, maar voor de Barneveldse Simone van de Kraats (23) is het vooral heel erg leuk. Deze zomer schittert zij met het Nederlandse waterpoloteam op de Olympische Spelen in Parijs. ‘Je hoort de meeste mensen over voetbal en tennis, maar ik merk dat waterpolo ook steeds meer begint te leven bij het grote publiek. Als mensen eenmaal met de sport in aanraking komen, vinden ze het te gek’, aldus Van de Kraats. Tien topsporttopics met de ambitieuze atlete.
Waterpolo
‘Mijn ouders hebben elkaar leren kennen bij zwemclub De Waterkip in Barneveld, waar ze allebei waterpolo speelden. De sport is er op jonge leeftijd bij mij ingegoten. Toen ik klein was, werd ik vaak meegenomen naar het zwembad om naar hun wedstrijden te kijken, en toen ik ongeveer vijf jaar oud was, werd ik zelf in het bad gegooid om met een bal te gooien in het kleine zwembadje. Het was toen vooral lekker spelen. Op mijn elfde mocht ik meedoen met het regionale team en zodoende is de bal gaan rollen. In 2018 maakte ik mijn debuut voor het Nederlandse team en op dit moment kom ik uit voor de Spaanse club CN Mataró in Barcelona en bereid ik mij voor op mijn tweede Olympische Spelen.’
Grote droom
‘Ik heb nooit de droom gehad om een professionele waterpoloster te worden, want dit voelde niet realistisch. Wat dat betreft ben ik nuchter ingesteld. Pas toen ik in het beste team van Gelderland terechtkwam, begon het voor mij te leven, want vanaf toen begon ik serieuze stappen te maken. Als ik voel dat er plezier, passie en een drive ontstaat, dan laat ik niet zo snel meer los en ga ik er vol voor. Dat is er met waterpolo gebeurd.’
LEES OOK: OMEGA INTRODUCEER NIEUWE SPEEDMASTER CHRONOSCOPE IN DE KLEUREN VAN DE OLMYPISCHE SPELEN
Voorbereiding
‘Ik train het hele jaar door, maar voor de Olympische Spelen wil ik de meest fitte versie van mezelf zijn. Ik train nu twee tot drie keer per dag, let extra op mijn voeding en slik supplementen ter ondersteuning. Na de warming-up heb ik anderhalf uur krachttraining en anderhalf tot twee uur watertraining. Dit houdt onder andere in dat we met zware ballen boven ons hoofd trainen en sprintsetjes doen. In de avond trainen we meestal nog zo’n twee uur. Op mentaal vlak moet je tijdens een wedstrijd in een split second de juiste keuze kunnen maken, maar je moet ook het fysieke duel aangaan, dus we focussen ons tijdens de trainingen op deze combinatie. In juni start officieel het traject richting de Olympische Spelen en dan zitten we fulltime in Zeist.’
Offers
‘Ik ben nooit van het uitgaan en drinken geweest, dus ik heb niet het gevoel dat ik door mijn sportcarrière dingen heb gemist. In plaats van in de kroeg staan en netflixen, was ik in mijn tienerjaren baantjes aan het trekken en ballen aan het overgooien.’
‘Als je geen passie voor de sport hebt, is er geen vuurtje. Juist dat vuurtje heb je nodig om de finale te winnen’
Prestatiedruk
‘Ik heb niet zo’n last van prestatiedruk. Ik vind de sport vooral heel erg leuk en ik stel mezelf graag doelen waar ik niet snel van afwijk. Het belangrijkste is dat ik het naar mijn zin heb en mij goed voel, want dan speel ik beter. Ik wil het gewoon graag zo goed mogelijk doen. Als ik op die manier denk, kan ik vrij spelen. Dit zorgt voor een rustige basis, en als dan alles op z’n plek valt als team op een finaledag is dat echt heel erg vet!’
Leven naast de sport
‘Onderdeel van me goed voelen is het gevoel hebben dat ik alles op de rit heb en naast de sport ook nog mijn eigen dingen kan doen. Dit jaar is het gekkenhuis met een EK, WK en de Olympische Spelen, maar daarnaast woon ik in Spanje, ben ik bezig met mijn master, werk ik parttime bij Deloitte, winkel ik graag, ga ik geregeld uit eten en geniet ik van het leven. Ik ga heel goed op deze prikkels, het geeft mij veel energie. Deze balans tussen sport en een leven naast de sport is voor mij belangrijk, ik sta niet 24 uur per dag in een badpak! Echter, enkele weken voor het eindtoernooi en tijdens het eindtoernooi zelf kies ik er wel voor de focus alleen op waterpolo te leggen. Bij mij ontstaat er dan een soort supercompensatie en dit werkt erg goed voor mij. Ik heb dan nóg meer zin om te waterpoloën.’
Eigenschap
‘Als topsporter moet je niet miepen en vies zijn van hard werken. Wees doelgericht, toegewijd en hou van je sport. Als je geen passie voor de sport hebt, is er geen vuurtje. Juist dat vuurtje heb je nodig om de finale te winnen.’